Inhoud
- Wat is decubitus?
- Wat is de Bradenschaal?
- Bradenschaal toepassen: zo doe je dat
- Tip: evalueer regelmatig!
Decubitus, ook wel doorligwonden genoemd, vormt een groot risico voor zorgvragers in de ouderenzorg. Het vroegtijdig herkennen van dit risico is essentieel voor het nemen van preventieve maatregelen. Hier komen risico-scorelijsten goed van pas. Hoewel geen enkele lijst exact kan voorspellen of iemand decubitus ontwikkelt, zijn deze lijsten waardevol omdat ze de klinische blik van verzorgenden en verpleegkundigen verscherpen.
Wat is decubitus?
Decubitus zijn pijnlijke plekken op de huid die ontstaan als je te lang in dezelfde positie ligt of zit. Dit komt doordat de huid en het weefsel eronder te weinig bloed krijgen door de constante druk. Hierdoor gaat de huid kapot. Vooral mensen die ziek zijn en veel in bed moeten blijven, zoals in een ziekenhuis, kunnen dit krijgen. Het is belangrijk om regelmatig van houding te veranderen en speciale kussens of matrassen te gebruiken om decubitus te voorkomen.
Wat is de Bradenschaal?
De Bradenschaal is een van de bekendste risico-scorelijsten voor het inschatten van de kans op decubitus. Voor het eerst gepubliceerd in 1985, bestaat deze schaal uit zes items:
- Zintuiglijke waarneming
- Activiteit
- Mobiliteit
- Vochtigheid
- Voedingstoestand
- Frictie/schuifkracht
De scores variëren tussen 6 en 23, waarbij een lagere score een hoger risico op decubitus aangeeft. Een score lager dan 18 duidt op een verhoogd risico.
Ben jij Verzorgende IG en klaar voor de volgende stap? Volg dan de Eerst Verantwoordelijke Verzorgende (EVV) opleiding bij BTSG.
Bradenschaal toepassen: zo doe je dat
Bij het gebruik van de Bradenschaal worden per item de meest toepasselijke scores omcirkeld. Vervolgens worden deze scores opgeteld om de totale risicoscore te bepalen. Bijvoorbeeld, een score van 1 bij ‘zintuiglijke waarneming’ betekent dat de zorgvrager totaal verstoord is in het reageren op pijnprikkels. Hoe lager de totale score, hoe groter het risico op decubitus.
Waarneming van pijn en ongemak
Waarneming van pijn en ongemak wordt beoordeeld op een schaal van 1 tot 4:
- Totaal verstoord: Reageert niet op pijnprikkels (kreunt niet, vertrekt geen spier, graait niet) ten gevolge van verlaagd bewustzijn of sedatie OF
- Zeer verstoord: Reageert enkel op pijnprikkels, kan ongemak enkel uiten door te kreunen of door rusteloosheid OF heeft een zintuiglijke belemmering die het vermogen beperkt om pijn en ongemak te voelen over de helft van het lichaam
- Licht verstoord: Reageert op mondelinge bevelen maar kan niet altijd ongemak of de behoefte uiten om verlegd of gedraaid te worden OF heeft een zekere zintuiglijke belemmering die het vermogen beperkt om pijn of ongemak te voelen in 1 of 2 extremiteiten
- Geen stoornis: Reageert op mondelinge bevelen. Heeft geen zintuiglijk tekort dat het vermogen beperkt om pijn of ongemak te uiten
Vochtigheid van de huid
De vochtigheid van de huid speelt een belangrijke rol bij het ontstaan van decubitus. De Bradenschaal beoordeelt dit aspect door te kijken hoe vaak de huid van de zorgvrager vochtig is:
- Altijd vochtig: De huid is bijna constant vochtig door zweet, urine, etc. Er wordt telkens vocht vastgesteld als de zorgvrager verplaatst wordt.
- Meestal vochtig: De huid is vaak vochtig, maar niet altijd. Het beddengoed moet meerdere malen per dag worden vervangen.
- Soms vochtig: De huid is af en toe vochtig, waardoor het beddengoed ongeveer één keer per dag extra moet worden vervangen.
- Zelden vochtig: De huid is meestal droog en het beddengoed hoeft alleen op de gebruikelijke tijdstippen te worden vervangen.
Activiteit
Activiteit en mobiliteit zijn cruciale factoren in de Bradenschaal. Zorgvragers die bedgebonden zijn of zich nauwelijks kunnen bewegen, lopen een hoger risico op doorligwonden. Door regelmatig de mobiliteit van de zorgvrager te evalueren, kunnen verzorgenden tijdig ingrijpen en passende maatregelen nemen.
- Bedgebonden: De zorgvrager ligt 24 uur per dag in bed.
- Stoelgebonden: De zorgvrager kan niet lopen en moet geholpen worden in een stoel of rolstoel.
- Loopt af en toe: De zorgvrager loopt korte afstanden, met of zonder hulp, maar brengt het grootste deel van de dag door in bed of een stoel.
- Loopt vaak rond: De zorgvrager loopt minstens twee keer per dag buiten de kamer en minstens één keer per twee uur binnen de kamer.
Mobiliteit
- Volledig immobiel: De zorgvrager kan zonder hulp geen enkele verandering in houding aanbrengen.
- Zeer beperkt: De zorgvrager kan slechts lichte veranderingen in houding aanbrengen, maar niet zelfstandig.
- Licht beperkt: De zorgvrager kan zelfstandig en regelmatig lichte veranderingen in houding aanbrengen.
- Geen beperkingen: De zorgvrager kan zelfstandig en regelmatig grote veranderingen in houding aanbrengen.
Voedingstoestand
De voedingstoestand van een zorgvrager is eveneens een belangrijke indicator voor het risico op decubitus. Een ontoereikende voeding kan het risico aanzienlijk verhogen. De Bradenschaal beoordeelt de voedingsinname, waarbij zorgvragers die onvoldoende eten een lagere score krijgen, wat op een hoger risico duidt.
- Onvoldoende: De zorgvrager eet zelden een volledige maaltijd en consumeert minder dan een derde van het aangeboden voedsel.
- Waarschijnlijk ontoereikend: De zorgvrager eet zelden een volledige maaltijd en eet meestal slechts de helft van het aangeboden voedsel.
- Toereikend: De zorgvrager eet meer dan de helft van de maaltijden en neemt meestal een supplement als dat wordt aangeboden.
- Uitstekend: De zorgvrager eet bijna alles op en consumeert meerdere porties eiwitten per dag zonder bijvoeding nodig te hebben.
Frictie en schuiven
Ten slotte beoordeelt de Bradenschaal de mate van frictie en schuiven. Zorgvragers die vaak in bed of in een stoel schuiven, hebben een verhoogd risico op decubitus. Het is essentieel dat verzorgenden deze zorgvragers goed positioneren en ondersteunen om wrijving te minimaliseren.
- Probleem: De zorgvrager heeft volledige hulp nodig om zich te bewegen en glijdt vaak naar beneden in bed of stoel.
- Mogelijk probleem: De zorgvrager beweegt zich met minimale hulp en glijdt af en toe naar beneden.
- Geen probleem: De zorgvrager beweegt zich zelfstandig in bed en stoel zonder hulp en behoudt altijd een goede houding.
Het belang van regelmatige evaluatie
Het regelmatig invullen van de risico-scorelijst is cruciaal voor een effectieve preventie van decubitus. Een risico-scorelijst moet in elk geval worden ingevuld:
- Bij opname van de zorgvrager
- Wanneer de zorgvrager afhankelijk wordt van bed of rolstoel
- Wanneer de conditie van de zorgvrager verbetert of verslechtert
Door deze regelmatige evaluaties kunnen verzorgenden snel reageren op veranderingen in de gezondheidstoestand van de zorgvrager.
Conclusie Bradenschaal
De Bradenschaal is een onmisbaar hulpmiddel voor verzorgenden en verpleegkundigen in de ouderenzorg. Het helpt om het risico op decubitus vroegtijdig te herkennen en passende preventieve maatregelen te nemen. Hoewel geen enkele risico-scorelijst perfect is, biedt de Bradenschaal een gestructureerde en bewezen aanpak voor het verbeteren van de zorgkwaliteit en het welzijn van zorgvragers.
Ben jij Verzorgende IG en klaar voor de volgende stap? Volg dan de Eerst Verantwoordelijke Verzorgende (EVV) opleiding bij BTSG.